Weg met de praktijkbegeleider

De meeste mensen die ik ken hebben wel een woord dat hen triggert. Bij mij is dat het woord ‘praktijkbegeleider’. Als ik dat woord zie, hoor of lees kan ik witheet worden van woede. In dit blog leg ik je graag uit hoe dat zit.

Ruim 20 jaar geleden liep ik stage als werktuigbouwkundige. Bij een machinefabriek zat ik 6 maanden op de afdeling waar machines ontworpen werden. Het was de tijd waarin technisch tekenen steeds vaker met een computer in plaats van met papier werd gedaan. 

Als innovatieve MBO-er leerde ook ik om te tekenen met de PC. Mijn toenmalige stagebegeleider was echter van de oude stempel en kon totaal geen raad met computers. 

Ik was aan mijn digitale lot overgelaten en moest het zelf uitzoeken. Het kan niet anders dan dat mijn frustratie en woede bij het horen van het woord praktijkbegeleider tijdens deze periode is ontstaan.

Geloof het of niet, maar bouwtekeningen werden vroeger met een potlood en liniaal gemaakt.

Wat ik namelijk, tot op de dag van vandaag, zo vreemd vind aan mijn stage, is dat ik zelfstandig wat moest aanrommelen terwijl mijn begeleider helemaal niet de kennis had om mij te helpen. Maar het ergste is nog, dat ik 20 jaar na dato nog steeds stagiaires ken die ‘begeleid’ worden door mensen die geen idee hebben wat de stagiair nu feitelijk uitvoert. 

Zo ken ik een stagiair die het vak videoproductie wilde leren. Hij liep stage op een afdeling met uitsluitend marketeers. Zijn begeleider had nog nooit in zijn leven een film opgenomen of gemonteerd. Het resultaat was, dat de stagiair eenzaam in een hoekje, zonder inhoudelijke feedback en leerdoelen, zes maanden zijn tijd zat te verdoen.

Er zijn stagiaires die hun hele stageperiode teruggetrokken, zonder begeleiding, hun stageperiode uitzitten.

Als ik dit met mensen bespreek, dan merk ik vaak een sceptische houding. Zo van: ‘ja, maar het gebeurt toch heel vaak dat je op je stage niets leert?’ Nou voor die mensen heb ik nog een leuk weetje: Omdat mbo-opleidingen voor de helft bestaan uit stage wordt er vanuit gegaan dat je ook een groot gedeelte van het beroep leert tijdens je stage. 

Als een student in zijn eerste stage dus niets leert, loopt hij een achterstand op. Hierdoor maakt hij minder kans op een goede stageplaats bij zijn tweede stage. Waardoor de kans groot is dat hij wederom op een stageplaats komt waar hij niets leert. Het lot van een derde stageplaats in dit voorbeeld laat zich raden. Een ineffectieve stage is dus een katalysator voor studieachterstanden en uiteindelijk voor slechte vakmensen.

De oplossing is, wat mij betreft, om het woord ‘praktijkbegeleider’ af te schaffen. Voor mij scheelt dat behoorlijk wat nachtrust, maar er is nog een reden die veel belangrijker is:
Het woord ‘praktijkbegeleider’ geeft namelijk een totaal verkeerde aanduiding van wat er eigenlijk nodig is tijdens een stage. Het woord insinueert namelijk dat de student ‘de praktijk gaat verkennen’ en dat hij daarbij ‘begeleid’ wordt. Een soort babysitter dus. 
Maar dat is natuurlijk niet de bedoeling. Het is de bedoeling dat de student een vak leert. 

En een vak leer je niet van een veredelde oppas. Een vak leer je van iemand die het vak meester is. Dat deze vakmeester toevallig losloopt in de praktijk maakt helemaal niets uit. Dat hoeft dus ook helemaal niet benoemt te worden. De vakmeester neemt de student als een gezel mee onder zijn hoede en leert hem het vak. Gewoon het oude meester gezel systeem dus waarbij we de akelige term ‘praktijkbegeleider’ inruilen voor het mooie ambachtelijke woord ‘Vakmeester’.

Hulde aan het meester gezelsysteem en hulde aan de vakmeester!

Joshiya Mitsunaga

Joshiya (Jos) is oprichter van Atavia. Hij heeft een passie voor onderwijs, film productie en ondernemen. Ondernemen met maatschappelijke impact is iets waar Joshiya’s hart sneller van gaat kloppen.

Vanuit zijn passie schrijft hij over zaken binnen het onderwijs.

In zijn vrije tijd kookt hij graag en is hij veel in de sportschool te vinden voor krachttraining en yoga.

Vorige
Vorige

6 tips om je scripts te upgraden.

Volgende
Volgende

De echte reden van personeelstekorten